Top 10 mooiste WK doelpunten ooit
10. Pelé (Brazilië – Zweden 1958)
De 17-jarige Pelé heeft tijdens
het toernooi van 1958 al meerdere malen mooi gespeeld wanneer
hij een van de mooiste doelpunten in een WK-finale scoort. Bij een stand van
2-1 controleert Pelé de bal met de borst, de aan komende Zweedse verdediger wordt compleet verrast
wanneer de bal over hem heen wordt gelobd en Pelé, in een keer vrij voor de
keeper, hard raak schiet.
9. Gheorghe Hagi (Roemenië – Colombia 1994)
Onder leiding van de ‘Maradona van de Karpaten’
speelde Roemenië op het WK van 1994 zeer goede combinatievoetbal. Hagi was het
brein van het elftal. Zijn gebrek aan snelheid compenseerde hij met inzicht,
scorend vermogen en een goede traptechniek. Zijn doelpunt waardoor Roemenië in
de groepswedstrijd tegen Colombia op 2-0 komt is subliem. Hagi krijgt de bal
aan de linkerkant van het veld in wat een ongevaarlijke positie lijkt. De
Colombiaanse keeper staat echter net iets te ver van zijn doel. Hagi lijkt een
voorzet te gaan geven maar met een harde curve verdwijnt de bal over de
kansloze keeper in de kruising.
8. Roberto Baggio (Italië – Tsjecho-Slowakije 1990)
Italië miste op erge wijze de finale in eigen land
terwijl het een zeer sterk toernooi speelde. Roberto Baggio was een jonge
aanvallende middenvelder die met zijn doelpunt in de groepswedstrijd tegen
Tsjecho-Slowakije in een klap wereldberoemd werd. Na een een-tweetje begint De
Goddelijke Paardenstaart aan een aanval van 40 meter waarbij hij op een mooie
manier de verdedigers van zich afhoudt om vervolgens ongelofelijk te scoren.
Tijdens het juichen lijkt Baggio meteen te beseffen dat hij iets onvergetelijks
heeft gedaan. De aanval werd vrijwel direct uitgeroepen tot het doelpunt van
het toernooi.
7. Éder (Brazilië –
Sovjet-Unie 1982)
Op het WK van 1982 speelde Brazilië vrolijk en aanvallend. In een traag tempo werd
de bal rondgespeeld totdat plotseling bij het strafschopgebied werd versneld en
tegenstanders verrast door wonderbaarlijke doelpunten. Tegen de Sovjet-Unie
heeft Brazilië het in de groepsfase lastig. Met nog zeven minuten te spelen
gaat Brazilië op jacht naar de winst. Een voorzet wordt door een verdediger
weggekopt. Paolo Isidoro controleert meteen de bal en geeft een breedtepass
richting Falcão die laconiek over de bal heen stapt waarna een aanstormende
Éder de bal in een beweging opwipt en vervolgens met effect keihard langs een
verbaasde Dasaev schiet.
6. Archie Gemmill (Schotland – Nederland 1978)
Schotland had op het WK van 1978 over een sterke
selectie met spelers als Dalglish en Jordan die bij Engelse clubs het Europese
clubvoetbal domineerden. Toch valt het spel in de eerste wedstrijden tegen. Om
zich te kwalificeren voor de volgende ronde moest Schotland de laatste
wedstrijd tegen Oranje met drie doelpunten verschil winnen. Bij een stand van
2-1 wankelt Oranje in de tweede helft. Op de punt van het strafschopgebied
verovert de onvermoeibare aanvoerder Archie Gemill de bal om vervolgens te
beginnen aan een van de mooiste dribbels uit de WK-geschiedenis. Eerst ontwijkt
hij een vliegende tackle, kapt de volgende verdediger uit, speelt de laatste
man door de benen om vervolgens de bal over Jan Jongbloed te wippen.
Uiteindelijk zal het niet genoeg blijken te zijn, maar elke Schot kan het
doelpunt van Gemmill dromen.
5. Michael Owen (Engeland – Argentinië 1998)
De 18-jarige Michael Owen was na zijn debuutseizoen
bij Liverpool meteen geselecteerd voor de Engelse ploeg die eindelijk weer eens
barstte van talent. In de tweede ronde stonden ze tegenover een oude rivaal:
Argentinië. Bij een vroege 1-1 stand krijgt Owen de bal bij de middencirkel
aangespeeld. Hij sprint zijn directe tegenstander eruit en stormt richting het
doel waar de Argentijnse verdedigers wachten. Ayala wordt omspeeld alsof hij er
niet staat. Daarna verrast hij keeper Roa met een subtiel gekruist schot dat
hoog in het doel verdwijnt. Een wereldster is geboren. Helaas zal het doelpunt
niet genoeg zijn en wordt Engeland uiteindelijk in een penaltyreeks uitgeschakeld.
4. Saeed Owairan (Saoedi-Arabië – België 1994)
Saoedi-Arabië staat niet bekend als een groot voetbal
land. Toch heeft een speler van het land een tijdloos WK-doelpunt gescoord. Op
het WK van 1994 moest Saoedi-Arabië de laatste wedstrijd tegen België winnen
om, tegen alle verwachtingen in, de tweede ronde te behalen. Dat lukt dankzij
een ongelofelijk lange aanval van Saeed Owairan. Owairan krijgt de bal
halverwege de eigen helft. Aanstormende Belgen worden makkelijk voorbij
gelopen. Op de middencirkel lijkt de solo tot een einde te komen, maar Owairan passeerd
twee middenvelders. Vervolgens worden twee verdedigers verdedigerd voorbij
gespeeld dankzij een paar snelle schijnbewegingen. Met een laatste
krachtsinspanning werkt hij de bal langs keeper Preud’homme.
3. Carlos Alberto (Brazilië – Italië 1970)
Brazilië speelde op het WK van 1970 een ultieme vorm
van sambavoetbal. Pelé was voor zijn laatste kunststukje omringd door een
nieuwe talentvolle generatie voetballers. In de finale moest alleen nog met
Italië worden afgerekend, dat in een legendarische halve finale met 4-3 van
West-Duitsland had gewonnen. De vermoeide Italianen verraste door na het
openingsdoelpunt toch een gelijkmaker te scoren. Maar vervolgens stelden de
Brazilianen zich op en liepen ze uit tot 3-1. Om het feest compleet te maken
was het vierde doelpunt eentje om in te lijsten. Wat dit doelpunt speciaal
maakt is dat er negen spelers van Brazilië aan bijdragen. De manier waarop
Clodoaldo vier Italiaanse spelers voorbij dribbelt, is een eerste hoogtepunt.
Tostão ontvangt een prachtige dieptepass aan de zijlijn en vindt na enkele
passeerbewegingen Pelé die de bal controleert. Heel rustig legt hij de bal
breed voor een aanstormende Carlos Alberto die de bal in een keer langs de
Italiaanse keeper knalt.
2. Dennis Bergkamp (Nederland – Argentinië 1998)
In 1998 deden er
grote namen van spelers mee aan het WK in Frankrijk. Eindelijk speelde het
Nederlands elftal weer eens zonder zorgen. In de kwartfinale wachtte echter een
bekende rivaal, het ijzersterke Argentinië van Batistuta en Verón. In een
zonovergoten Marseille werd het een gedenkwaardige wedstrijd met op en neer wisselende
aanvallen. Met nog 1 minuut te spelen in de reguliere tijd maakt iedereen zich
op voor een verlenging. Frank de Boer denkt daar echter anders over en
verstuurt een laatste pass over veertig meter richting Dennis Bergkamp die tot
dan toe flets heeft gespeeld. Bergkamp controleert de lastig stuiterende bal
met zijn rechtervoet. Met een tweede beweging van dezelfde voet wordt Ayala
uitgekapt. Met de bovenkant van de rechtervoet schiet hij de bal hoog in het
net. Een onwaarschijnlijke combinatie van techniek en snelheid op het hoogste
podium.
1. Diego Maradona (Argentinië – Engeland 1986)
De kwartfinale
Argentinië – Engeland op het WK van 1986 is vier jaar na de Falklandoorlog een
uiterst beladen duel. Argentinië zint op sportieve wraak en komt op voorsprong
dankzij het beruchte Hand van God doelpunt van Diego Maradona. Vlak daarna
krijgt de nummer 10 de bal op eigen helft aangespeeld. Elf balcontacten later,
allemaal met de linkervoet, ligt de bal in het net. Met een onnavolgbare
pirouette passeerd hij twee tegenstanders en begint vervolgens aan een
gedenkwaardige rush. Toesnellende verdedigers worden met korte schijnbewegingen
omzeild. Ook keeper Shilton en een wanhopige tackle houden hem niet tegen. Met
deze spectaculaire dribbel bevestigt Maradona dat hij de beste voetballer ter
wereld is.